Verklaring van eerste luitenant Mr. A. de Haas

1e Luitenant Mr. A. de Haas. Sectiecommandant 1e sectie 3-II-19 R.I. (toegevoegd aan III-8 R.I.)
Woonachtig te Utrecht (behoort bij voorposten III-8 R.I.)
------------------------------------------------

Klik hier voor een uitvergroting
Kaart met opstelling van 1e sectie 3-II-19 R.I. in het voorpostengebied
  Ik kreeg de opdracht 1 week voor den oorlog. Een half jaar geleden had mijn toenmalige compagnie er een versperring aangelegd maar ik herkende de stelling niet. Ze strekte zich aanvankelijk uit tot voor de Egelsteeg.

  Toen ik er nu terugkwam vond ik een steunpunt op de Slagsteeg bij het Nieuwe Kanaal dat half af was en 150 meter verder een steunpunt dat voor 25% af was. Een derde steunpunt was alleen geprojecteerd. Er was ook een schuilplaats geprojecteerd ten westen van de Slagsteeg waar ik mee moest beginnen. Op 3 mei heb ik via III-8 R.I. aan C.-IV Div. (Van Loon) een spoedaanvrage voor materialen (o.a. 700 palen) ingediend. De lt.adj. heeft mij verzekerd dat er telkens om gereclameerd is, maar op 6 Mei was daar niet één stuk gereedschap of materiaal van gearriveerd. We waren hierdoor teleurgesteld en wanhopig. De Maandag (6 Mei) is er niets gedaan. Dinsdags heb ik maj. Voigt nog gevraagd. Woensdags zijn 11 rollen prikkeldraad gekomen waarmede ik de bestaande hekversperring heb verbeterd. Donderdag zijn nog 20 à 25 rollen draad gekomen. Ze zijn gekomen van de Nude. Van het divisie-pionierpark is niets gekomen. Ik heb ze zelf nog willen halen, maar dat kon niet.

  Vrijdag kwamen we om 4.00 uur in de stelling. Mijn kwartier was bij het cafeetje "van Laar", ten oosten van bruggetje Nieuwe Kanaal/Rijnsteeg. Even later kwam de luit.-adj. van III-8 R.I. die een electrische zaag had meegenomen. Er staan naast het Nieuwe Kanaal dikke bomen en het mitrailleurnest rechtersteunpunt kan geen vuur uitbrengen. Ze wilde de zaag behouden om de boomen op te ruimen, maar dat kon niet: men begon aan de oostzijde dus achter mijn stelling. Het opruimen door burgers geschiedde in zo'n slap tempo dat ik me er vaak over geërgerd heb.

  Ik heb een verdedigingsplan gemaakt hoewel de inundatie niet compleet was. Ik heb besloten ook front naar het noorden te maken langs de Slagsteeg. Zonder materiaal heb ik het noordelijkst steunpunt verbeterd en dat was toen voor de helft klaar. Ik heb in dit steunpunt 2 groepen geplaatst.

  Mij was reeds vroeger opgedragen om Wageningen te evacueren toen ik nog bij 3-III-19 R.I. behoorde (waar ik geen sectie had). Vrijdag kreeg ik van C.-II-19 R.I. namens C.-II-L.K. (Harberts) opdracht Wageningen te evacueren. Ik heb, nadat ik sergeant Catz als vervanger had aangewezen, den B.C. dit bericht. Na veel getelefoneer deelde deze mij mee dat ik moest blijven zitten. Ik ben om 13.00 uur terug gekeerd naar de autoriteiten in Wageningen om ze te waarschuwen. Ik heb in Wageningen geprobeerd burgerpersoneel te krijgen: er zijn er enkelen gekomen, waarbij er een paar smoordronken waren.

  In de loop van de dag is er wat gewerkt. Plm. 15.00 uur kreeg ik een ordonnans, die mij berichtte dat de vijand in Renkum was en in den loop van den middag contact met ons zou krijgen. Als eenige verbinding had ik een seinlamp, die in verbinding was met kapitein Zwarts. Ik heb laten vragen om opruiming door de genie van de boomen langs het Nieuwe Kanaal. Vrij spoedig kreeg ik toestemming en opdracht den kapitein van Walsum in Wageningen te vragen om opruiming. Deze wilde dit alleen doen in opdracht van de divisiecommandant. Ik heb dit doorgegeven en 's avonds had ik via de seinlamp toestemming. Toen hadden we al bericht dat de vijand in Wageningen was, zoodat ik geen poging meer gedaan heb den kapitein van Walsum te vinden.

  Ik had ook om handgranaten gevraagd, maar die waren er niet. Het stuk 6 veld stond op de dijk, maar kon de weg niet bestrijken. De stukscommandant van een lichte mirailleur (korporaal Booven), iets ten zuiden van het Kanaal, is af en toe bij me komen kijken want hij wist van niets en kreeg geen berichten. Zijn opstelling was ook niet klaar. Om 18.00 uur zijn de burgerwerklieden gevlucht. Er is s' avonds niet veel gebeurd. Verkenners zijn me wel gemeld maar ik heb ze niet gezien.

  Om 2.00 uur kreeg ik bericht dat tegen 3.00 of 3.15 uur een sterke aanval verwacht kon worden. De menschen waren zeer nerveus omdat ze niet gedekt waren en geen schootsveld hadden. Ik heb ze eenigszins gekalmeerd. We kregen steeds, 's nachts en 's morgens vuur van eigen troepen. Plm. 7.30 uur is een etenhaler door een granaatscherf gewond.

  Ik bevond mij bij de zuidelijke groep en ben af en toe bij de andere groepen gaan kijken. Ik heb 's nachts achter onze stelling geen menschen gezien. Er gebeurde niets. Plotseling zag ik de vijand in het terrein ten noorden van de Ooststeeg en ten oosten van de Rijnsteeg in vrij grote aantallen. Zoolang de Duitschers niet op 4 à 500 meter genaderd waren, wilde ik niet laten schieten. Een deel van de aanvallers begaf zich in gewone pas rechtuit, een ander deel ging naar het noorden. Daarna zagen we alleen de noordgroep die het vuur opende. De linkergroep begon toen ook te schieten. Noch ik noch de schutters hebben de nadering gezien. Toen het vuren geopend was werd geconstateerd dat een troep Duitschers een directiekeet binnen gegaan was op de kruising Nieuwe Kanaal/tankgracht. Er werd inmiddels hevig op ons gevuurd, vooral op de schietsleuf. Het stuk 6 veld heb ik niet hooren vuren. Ik heb er geen ordonnans heengezonden omdat de weg onder vuur lag. Er is op de directiekeet zeer veel gevuurd.

  Toen het vuur van links en van front toenam en ik den vijand niet kon zien naderen, heb ik bericht gekregen dat het linkersteunpunt het niet kon houden. Ik heb bericht teruggezonden dat de groepen dan op mij moesten terugkomen. De groepscommandanten waren Oldewarris en van Assen, beide sergeanten. Ik wilde in het beste steunpunt drie mitrailleurs hebben, die ik dan zelf in de hand had. Ik heb echter zelf een aantal menschen uit de stelling zien loopen en achterwaarts zien vluchten.

  Mijn opdracht was onduidelijk. Had de voorpost nu een waarschuwende taak of een standhoudende taak? Ik wist echter dat kapitein Hagedoorn een waarschuwende taak had gehad. Tot ik dat hoorde wist ik niet van het bestaan van waarschuwende voorposten van 19 R.I. Van majoor Voigt had ik een paar dagen eerder opdracht gehad om na te gaan hoe ik zou kunnen terugtrekken. Dit was niet met het oog op munitieaanvoer. Met den sergeant Catz heb ik dit nagegaan maar dit bleek onuitvoerbaar.

  Een paar menschen zijn inderdaad bij mij gekomen maar zonder mitrailleur. Ik had toen maar één mitrailleur die niet op de weg kon vuren en geen handgranaten. Ik heb nog eerst artillerievuur of steun van zware mitrailleurs aangevraagd maar dat is te laat gekomen om mij te helpen. Den korporaal Luberti heb ik toen als ordonnans naar de nevensectie gezonden om vuursteun te vragen om de vijand te neutraliseren, terwijl mijn menschen het steunpunt ontruimden. Dit was plm. 12.00 uur. Ik zag sergeant v.d. Esschert het teken geven dat hij het bericht begrepen had. Deze evacuatie is gelukt, waarbij ik zelf als laatste ben gegaan. Ik kwam toen bij sergeant v.d. Esschert en ben mij gaan melden bij kapitein Zwarts, waarbij ik de lichte mitrailleur met bediening heb gelaten bij sergeant v.d. Esschert. Er werd uit zuidelijke richting op ons geschoten. We zijn man voor man weggekomen maar na 100 meter kregen we ook uit het N.O. vuur. Zonder eenige verwonding zijn we echter aangekomen in de commandopost van kapitein Zwarts, bij wien ik mij meldde. De kap. Zwarts gaf mij echter de indruk dat we niets meer konden doen. Even later kwam het bericht dat aan den Haarweg een witte vlag stond. Op mijn opstelling heb ik beslist geen witte vlag geplaatst, terwijl ik ook op de opstelling van sergeant v.d. Esschert geen witte vlag heb gezien.

  Er is nog een tijdje doorgevochten, maar het vuur werd zo hevig dat we ons moesten overgeven. Ik heb nog wel eens het commando gehoord 'doorvuren'. De overgave had om plm. 12.45 - 13.00 uur plaats. Ik heb me daarbij neergelegd. We hebben alle mogelijkheden overwogen, maar ik heb me bij het idee van den kapitein aangesloten.

Voorgelezen, volhard en geteekend,

w.g. A. de Haas.

Download brondocument in PDF-formaat Brondocument 1
(PDF, 1.39 MB)
Download brondocument in PDF-formaat Brondocument 2
(PDF, 5.81 MB)
Download brondocument in PDF-formaat Brondocument 3
(PDF, 1.54 MB)
Download brondocument in PDF-formaat Brondocument 4
(PDF, 945.05 KB)