Verklaring van dienstplichtig soldaat G. Albers
Dpl. ALBERS, G., van 3-I-8 R.I., verklaart bij zijn verschijning
voor de Commissie Militaire Onderscheidingen, op 31 Maart 1947:
------------------------------------------------------------------------------------
Wij zaten op de Grebbeberg, onder commando van Kapt. BRITTIJN.
Sectie Commandant was Vaandrig EVERTSEN, die zeer flink was.
Hij kwam van de politie post en ging direct mee aanvallen.
2e Pinksterdag zaten wij in de loopgraaf en kregen bericht dat wij moesten terugtrekken. Vaandrig v.d.Bosch heeft toen nog handgranaten naar de vijand gegooid. De vaandrig stond aan de bocht van den loopgraaf en stond er mooi voor om te gooien. Wij stonden er niet zoo goed voor.
Wij trokken hierna terug met plm. 25 man, o.a. Serg. SCHEEPERS en Serg. WIEBENGA. Vaandrig v.d.Bosch heb ik niet meer gezien. Wij gingen door het bosch en werden bij de spoorbrug krijgsgevangenen gemaakt, daar wij helemaal zaten ingesloten.
's-GRAVENHAGE, 31 Maart 1947
G. Albers.
|