Ter beantwoording van schrijven Commandant Brigade A. Sectie I-1 No.10 G. d.d. 1 dezer diene dat op 13 Mei voor den terugtocht te ca. 21.55 uur alle gevechtsberichten, vuurplans, dagboek enz. zijn verbrand. In onderstaand verslag zijn de handelingen van 10 tot en met 15 Mei zoo goed mogelijk en met den meesten zorg en zin voor waarheidsliefde gereconstrueerd.
Commandant 1e Sectie (waarnemend Compagniescommandant) |
: |
1e Luitenant Dr. M. Wolf. |
Sergeant Afstandmeter |
: |
Sergeant F.C. Tangerink. |
Stukscommandanten |
: |
Sergeant J.C.W. Käuderer, Sergeant A.J. de Bruin, Sergeant L.A. de Bruin. |
Commandant Sectie Vickers |
: |
1e Luitenant G.J. Bier, |
waaraan toegevoegd |
: |
Cadet vaandrig A. v/d Zande. |
Sergeant Afstandmeter |
: |
Sergeant J. Schreutelkamp. |
Stukscommandanten |
: |
Sergeant J.F.N.P. Visser, Sergeant H. Pander, Sergeant J. Bronneman. |
Stukscommandanten in voorste lijn, ingedeeld bij Commandant 2e Sectie: |
|
|
Sergeant J. Bordewijk en Sergeant G. van Ittersum. |
Ingedeeld bij Commandant 1e Compagnie |
: |
Sergeant D. ten Hove, Sergeant A. Koopman (Stekelvarken), Sergeant H.J.M. Doornebosch. |
Commandogroep |
: |
Sergeant toegevoegd, Sergeant H.J. Koedijk |
Commandant Verbindingsafdeeling |
: |
Sergeant T. Postuma. |
Commandant Gevechtstrein |
: |
Sergeant A.S.J. Korpershoek. |
Menagemeester |
: |
Sergeant Kuijper. |
Administratie |
: |
Sergeant Majoor Administrateur A. Koelink. |
Onderofficier belast met uitgifte munitie en legering |
: |
Sergeant A.J. Sluiter. |
Fourier |
: |
D. Nieuwenhuis. |
9 Mei te circa 23.00 uur van den Regimentscommandant bevel ontvangen, dat den daaropvolgenden dag te 4.00 uur graad van gevechtsvaardigheid 3 zou ingaan; hiertoe de noodige maatregelen getroffen.
10 Mei te circa 4.00 uur vele vliegtuigen van vreemde nationaliteit waargenomen, waarop door het luchtafweergeschut werd gevuurd en hieruit geconcludeerd dat graad van strijdvaardigheid 4 was ingetreden; (opmerking in de kantlijn: "Was dit dan niet doorgegeven door Regimentscommandant?") vervolgens de benoodigde maatregelen getroffen. Te circa 6.00 uur door de radio vernomen dat den staat van oorlog was ingetreden. Van mijn compagnie, bestaande uit 8 stukken M.08 en M.08/15, waaraan toegevoegd 1 sectie à 3 stukken Vickers, bevonden zich in de frontlijn der hoofdweerstandslijn 2 stukken M.08/15 in mitrailleurkoepels ter weerszijde van "de Linge" onder commando van Commandant 2e sectie; 3 stukken in het noordelijk vak onder commando van Commandant 1 en wel 2 stukken M.O8/15 in mitrailleurkoepels en 1 stuk M.08 in een stekelvarken. Derhalve stond nog onder mijn direct commando ieder in een opstelling 1 sectie Schwarzlose (M.08) en 1 sectie Vickers (M.18). Beide sectiën waren in staat tot het afgeven van vuur zonder zicht. Daar ook de stukken der sectie Vickers gemonteerd waren op affuiten M.25 (doormiddel van een verbindingsstuk) en derhalve konden deelnemen aan het te voren vastgestelde vuurplan. Telefonische verbinding bestond tusschen den Compagniescommandant en Bataljonscommandant eenerzijds en den Compagniescommandant en zijn twee Sectiecommandanten anderzijds terwijl beide Sectiecommandanten met hun respectievelijke stukscommandanten telefonisch waren verbonden. In den vroegen ochtend werd door het stuk onder commando van sergeant Bordewijk, hiertoe op last van Commandant 2e sectie tegen luchtafweer opgesteld, een vliegtuig afgeschoten met een serie van 15 patronen. Te circa 7.00 uur meldde Commandant sectie Vickers, dat hij door een laag vliegend vliegtuig met mitrailleurvuur beschoten was, evenwel zonder resultaat. Den geheelen dag is er aan de verbetering der opstellingen en telefoonverbindingen gewerkt; verder is munitie aanvulling gegeven aan de beide sectiën zoowel als aan de stukken in voorste lijn. Zooveel mogelijk werd door de stukken in voorste lijn op laag vliegende vliegtuigen gevuurd. De geheime en persoonlijke stukken, als mede het archief werden ingevolge reeds vroeger gegeven order verbrand.
11 Mei. Er werd doorgegaan met het verbeteren der opstellingen; in den kelder van de boerderij Wittekamp werd een nieuwe commandopost. ingericht en zoo goed mogelijk scherfvrij gemaakt met behulp van stutten, grond, rijplaten en zandzakken; telefoonverbinding werd daarin aangelegd. De kelder van de nabij gelegen boerderij Budding werd op overeenkomstige wijze tot onderkomen ingericht. In den nabij gelegen boomgaard werden met behulp van omgekeerde kipkarren, uitgravingen en grond noodonderkomens klaar gemaakt. In den voormiddag keerde dienstplichtig soldaat Buitenhuis E. (bijkok) per taxi bij zijn onderdeel terug uit Kampen, onder mededeeling dat hij te 14 Mei diende terug te keeren, doch gezien de omstandigheden het geboden achtte dezen terugkeer te vervroegen.
12 Mei. Geen bijzonderheden. Bericht werd ontvangen dat Engelsche vliegtuigen, kenbaar aan een lichte - en een donkere vleugel in aantocht waren. Te ca.15.30 uur werd door den Compagniescommandant tijdens een zijner dagelijksche inspectietochten langs 1e sectie en sectie Vickers bij Commandant 1e sectie het bericht ontvangen, dat parachutisten in het stellinggebied zouden zijn geland; de daarop aansluitende patrouillegang heeft aangetoond dat dit bericht niet juist was. In de nacht van 12 op 13 Mei is munitie aanvulling ontvangen. In den namiddag van Bataljonscommandant bericht ontvangen, dat 50% der sterkte kon rusten eventueel in de alarmkwartieren.
13 Mei, Te 2.00 uur telefonisch bericht van Bataljonscommandant: allen weer paraat in hun opstelling. In den vroegen ochtend bij de 2 Sectiën en de stukken in voorste lijn munitie aangevuld. Te 8.10 uur telefonische opdracht van Bataljonscommandant met spoed vuursteun te verleenen op complex "Het Zand" vuren 201 en 301; te 8.12 uur waren vuren voorbereid; te 8.14 uur gemeld aan Bataljonscommandant, dat de vuren waren afgegeven; te 11.07 uur telefonisch bericht van Bataljonscommandant met opdracht door 1 sectie vuur 201, 200 meter oostwaarts verlegd, voor te bereiden; aldus Commandant 1e sectie bevolen. 11.24 uur telefonisch bericht van Bataljonscommandant waarbij bovenstaand vuur werd afgelast; aldus Commandant 1e sectie doorgegeven; Te 14.48 uur telefonisch bericht van Bataljonscommandant dat 1 sectie vuur moet voorbereiden op "Het Zand" en daarop moet blijven staan; aldus Commandant 1e sectie bevolen. 15.10 uur telefonisch bericht van Bataljonscommandant voertuigen te bepakken, deze dienen ter plaatse te blijven, stand houden; ondercommandanten dienovereenkomstige bevelen gegeven. 15.35 uur telefonisch bericht van Bataljonscommandant: tot het uiterste standhouden; Commandant 1e sectie en Commandant sectie Vickers deze order doorgegeven. 15.38 uur telefonisch bericht van Bataljonscommandant beide sectiën vuur voorbereiden op "Het Zand"; Commandant sectie Vickers dienovereenkomstig bevel gegeven. Te circa.17.00 uur beschoten uit richting "Het Zand" door zware mitrailleurs toen Compagniescommandant met sergeant toegevoegd commandopost Bataljonscommandant verliet. Te circa 19.00 uur telefonisch bericht van Bataljonscommandant geen bevelen meer telefonisch door te geven, wegens het gevaar van afluisteren, doch alle bevelen en meldingen per ordonnans te zenden. 20.30 uur terugtochtsbevel ontvangen op commandopost Bataljonscommandant. Ondercommandanten op mijn commandopost dienovereenkomstige orders gegeven. Gevechtsberichten, dagboek, munitieregister, alle vuurplans en dergelijke verbrand. Trein te 21.30 uur aanwezig op aangegeven punt. Compagnie aangetreden te 22.00 uur. Commandogroep per rijwiel onder commando van Cadet vaandrig A. v/d Zande naar Hagestein gezonden. Met compagnie afgemarscheerd naar bevolen punt en bij Bataljonscommandant gemeld.
14 Mei. Doorgemarcheerd naar Everdingen (Hagestein), eerste korte rust bij Beesd. Circa 20.30 uur bespreking bij Bataljonscommandant en orders ontvangen voor diensten legering gedurende den komenden nacht in de boomgaarden. 21.15 uur vijandelijkheden gestaakt, kwartieren betrokken.
15 Mei. Ingevolge bevelen Bataljonscommandant kwartieren in Hagestein in orde gemaakt.
|