Verslag van dienstplichtig sergeant J.H. Roskam
Afschrift
Rapport.
8e Regiment Infanterie.
IIIe Bataljon.
1e Compagnie
2e sectie-m.groep.
Op vrijdag 10 Mei 1940 heb ik met mijn groep de wacht van het V.P.D. betrokken aan de Rijksstraatweg Wageningen-Rhenen bij de afrit van de Grebbedijk, alwaar ik twee posten heb uitgezet en de nodige patrouilles heb uitgezonden. Vrijdagavond om 6 uur werd ik afgelost en had ik niets bijzonders geconstateerd. Ik heb toe de middenopstelling van de 2e sectie weer bezet. Vrijdagavond heb ik in opdracht van mijn sectiecommandant (Bijlsma) enkele patroilles late loopen in het voorterrein; doch er werd niets bijzonders ontdekt. Wel werd dien nacht hevige strijd gehoord bij onze linker-voorcompagnie.
Zaterdag constateerden wij een hevige strijd in de flank en achter onze stellingen. De zware mitrailleuropstelling aan de Rijn werd door vijandelijk artillerievuur onbruikbaar gemaakt, alsmede het stuk 6-veld aan de Grebbedijk. Vervolgens kreeg ik van mijn sectiecommandant bevel om met de lichte mitrailleur, schutter, helper en één soldaat stelling te gaan nemen in de opstelling van de zware mitrailleur aan de Rijn. Onder vijandelijk artillerie- en mitrailleurvuur wisten we de bovenkant van de Grebbedijk te bereiken. Daarna heb ik een soldaat uitgezonden naar de S.C. om nadere instructies, daar we een vijandelijk spervuur van artillerie- en mitrailleurvuur moesten constateeren. Op bevel van de S.C. "terug", hebben we onze uitgangsstelling opnieuw ingenomen. Bij aankomst aldaar kregen we een vijandelijk spervuur van achteren en uit de flank. In ons voorterrein was geen vijand te zien. De schutter en helper kregen van de S.C. bevel om de lichte mitrailleur te plaatsen in het open terrein richting Noord-Oost, waaraan gevolg werd gegeven, daar we een hevige strijd constateerden in de linkeropstelling en een daarnaast, eveneens Noord-Oost gelegen zware mitrailleur. De S.C. gaf bevel tot het leveren van een vertragend gevecht en terugtrekken langs de Wageningsche afweg tot aan de stellingen der 1e sectie. Bij het verzamelen van de groep aldaar, vermisten we mitrailleur plus schutter. Vervolgens zijn we via eigen opstellingen, steeds onder vuur liggend van drie zijden, n.l. van voren, in de flank en van achteren, onderlangs de noordzijde van de Grebbeberg teruggetrokken. Bij de voorste opstellingen van de 1e sectie heben we onze S.C. voor het laatst gezien. Bij nadere infromatie bij de manschappen bleek, dat hij zich met de dienstplichtig sergeant J. Mulder van de 1e sectie zich begeven heeft naar de ingang van die opstelling. Verder verwijs ik naar het rapport van de waarnemend sectiecommandant de sergeant capitulant A.H. Reijmes, die verder alle nodige maatregelen heeft getroffen.
Als bijzonder onderscheiden hebben zich hier:
de sectiecommandant, de cadet-vaandrig G.J. Bijlsma en de dpl. soldaat W. Hornman.
Te Velde, 20 Mei 1940
de dpl. sergeant,
gr. commdt. m.gr. der 2e sectie,
w.g. J.H. Roskam.
|