Veteranen ongerust over boek meidagen

Door onze verslaggever

RHENEN - In kringen van Nederlandse oorlogsveteranen is, blijkens een discussie op internet, al op voorhand onrust ontstaan over een vrijdag verschenen boek van historicus Herman Amersfoort over schendingen van oorlogsrecht door Nederlandse en Duitse militaitren.

De titel Ik had mijn roode-kruisband afgedaan, verwijst naar een incident bij Rhenen. Veteranen vrezen dat Amersfoort de discussie heropent, die in 1990 ontstond over zijn boek Mei 1940. Daarin zijn voorbeelden aangehaald van schendingen door Nederlandse militairen. Boze veteranen spanden toen een rechtszaak aan, maar de rechter legde Amersfoort geen rectificatie op.

De titel van het nieuwe boek is ontleend aan een officiële verklaring van de latere Rhenense huisarts Charles Paris. Hij schoot twee Duitse militairen neer, zonder te weten dat Nederland op dat moment al had gecapituleerd. Paris was in de meidagen van '40 als officier van gezondheid verbonden aan de commandopost van regimentscommandant overste Henning op de Laarsenberg. "Woensdag 14 mei besloot de overste door het bos de Rijksweg (Grebbeweg, red.) over te steken, om naar de Betuwe te trekken voor versterking."

Op het moment dat overste Henning op zoek ging naar versterkingen, was de slag om de Grebbeberg nagenoeg gestreden. Henning slaagde er niet in met zijn onderdeel over de Rijn te komen, verklaart Paris in 1947 voor de commissie Militaire Onderscheidingen. Henning trekt zich terug in een kalkzandsteenfabriek.

'Ik ben in den commandopost gebleven om de gewonden te verzorgen', zegt Paris. ''s Nachts ben ik nog in Rhenen geweest om te fourageren, hetgeen mij niet is gelukt, er was niets meer te halen. Duitsers heb ik niet gezien, ik ben ze opzettelijk misgelopen. Bij de commandopost zijn 's nachts geregeld patrouilles geweest. Wij hebben ons zo stil mogelijk gehouden, in de hoop dat de overste over één of twee dagen zou terugkeren en ons weer bij een Nederlands onderdeel zou opnemen. Twee vijanden, die in den morgen van 15 Mei de commandopost naderden heb ik neergeschoten. Ik had mijn rodekruisband afgedaan.'

Dat gebeurde na de capitulatie, die de voorafgaande woensdagavond om zeven uur via de radio bekend werd gemaakt. Maar dat bericht heeft Paris, in zijn geïsoleerde positie in het bos niet bereikt, verklaarde hij. 'Donderdagavond 15 mei kwam de overste tegen negen uur terug om te vertellen dat er gecapituleerd was.'

Historicus Amersfoort, verbonden aan het Instituut voor Militaire Geschiedenis en de Universiteit van Amsterdam, twijfelt niet aan de oprechtheid van de verklaring van Paris. "Dat hij niet op de hoogte was van de capitulatie doet niet ter zake. Paris bevond zich in een verlaten commandopost, die op dat moment was opgegeven voor militair gebruik. Henning had de post omgeven door rodekruistekens. In de tweede plaats werden de 22 gewonden volstrekt niet bedreigd door de twee Duitsers die wel op de hoogte waren van de capitulatie. Paris had moeten vertrouwen op de bescherming als rodekruispost en hij had moeten afwachten wat er zou gebeuren."

Amersfoort heeft de uitspraak van Paris 'Ik had mijn rodekruisband afgedaan' als titel gekozen, omdat het de dilemma's van een militair illustreert. "Paris kwam in een spagaat tussen zijn verantwoordelijkheid als arts en zijn militaire oogmerk de vijand zoveel mogelijk schade toe te brengen." Amersfoort noemt in zijn boek tientallen schendingen van zowel de Nederlandse als de Duitse militairen. Hij concludeert anderzijds dat in de meidagen overwegend 'eervol' is gevochten. Ook voor SS-regimenten was het oorlogsrecht norm, zei Amersfoort bij de presentatie van zijn boek. "Het ging alleen mis op plekken waar zeer hard is gevochten: op de Grebbeberg, in Dordrecht en rond Den Haag."

Bron: de Gelderlander van dinsdag 22 maart 2005

184